In 1894 liet Georges Lemmen de vrije schilderkunst een beetje varen en richtte hij zijn aandacht op het decoratieve aspect van de kunst. Zijn wegen kruisten toen regelmatig die van Henry van de Velde, die door zijn betere sociale vaardigheden en zelf-promotie meer bekendheid heeft gekregen dan Lemmen, maar die er ook voor zorgde dat Lemmen in dit métier aan de gang kon. Een prachtig voorbeeld van deze samenwerking is te zien in Musée d’Orsay in Parijs, waar Lemmens ontwerpen en die van Van de Velde zijn samengebracht in een schitterende art nouveau interieurpresentatie.

Op een reis naar Engeland raakte Lemmen geïnteresseerd in decoraties. Van 1895-1900 maakte hij vele grafische werken waarin de versieringen de teksten benadrukken. Voor Galeries l’Art Nouveau ontwierp hij in 1895 het behang en het raam van de rookkamer, de affiches, uitnodigingen en het briefpapier. Zijn one-man show in 1913 in Brussel was een groot succes. Zijn breed opgezette ontwerpwerk omvat vele boekillustraties, posters, keramiek, karpetten, tekeningen, pastels en gouaches.

Zijn eerste opdrachten waren voor L’art moderne en les XX. Zijn tapijten waren puur decoratief en niet als schilderijen bedoeld, dus vanuit alle hoeken hetzelfde zonder schaduwen en andere middelen om de figuren een natuurlijk aanzien te geven. Hij heeft ook verschillende artikelen over decoratieve kunst geschreven in vooraanstaande kunsttijdschriften als L’art décoratif en Dekorative Kunst. In dit laatste blad zijn ook verscheidene artikelen aan Lemmen zelf gewijd.

Een bibliografie over Georges Lemmen is pas verschenen in 1997, bij de grote overzichtstentoonstelling in het museum van Elsene te Brussel. De studie is van prof. Jane Block.